Is het eten van plantaardige eiwitten een goed idee?

Deze week zag ik een berichtje in het nieuws wat meteen mijn aandacht had. Een groep diëtisten kwam naar buiten met een alternatieve schijf van vijf genaamd de schijf for life. Uitgangspunt daarbij is een volledig plantaardig voedingspatroon. Alle eiwitten in dat voedingspatroon waren plantaardige eiwitten. Nu is het heel goed dat we die schijf van vijf er eens uit gooien, maar een volledig plantaardig voedingsadvies, daar heb ik zo mijn bedenkingen bij. Sterker nog, dat vind ik – als ik kijk naar de fysiologie van het lichaam – voor de meeste mensen geen goed idee. 

Wat zijn eiwitten en waarom eten we ze?

Eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren. Eiwitten kun je je dan voorstellen als hele lange kralensnoeren en de kralen zijn de aminozuren. Als je eiwitten eet, dan knipt je lichaam de kralen los uit de snoer. Dat proces heet de spijsvertering. Je lichaam kan namelijk geen eiwitten opnemen uit de voeding, maar wel de losse aminozuren. 

Aminozuren worden door je lijf gebruikt als bouw- en reparatiestof. Je maakt er dus dingen van. Dat kan van alles zijn van spiercellen tot hormonen. Eiwitten zijn super belangrijk voor je lijf, ongeveer 80% van wat je in je lijf aantreft is ervan gemaakt.

Het menselijk lichaam heeft 22 verschillende soorten aminozuren nodig. En hoewel het lijf heel ingenieus in staat is om een aantal daarvan zelf te maken, komt het er voor de meeste mensen op neer dat ze al deze verschillende aminozuren gewoon moeten eten. De eigen aanmaak is meestal onvoldoende voor al dat bouw- en herstelwerk. En daar wringt voor mij het advies van een volledig plantaardig voedingspatroon.

Het verschil tussen plantaardige en dierlijke eiwitten

In dierlijke eiwitten, dus in vlees, vis, gevogelte en eieren, zijn alle 22 aminozuren aanwezig. Je hebt er dus geen omkijken naar. Als je regelmatig iets van dierlijke eiwitten eet, dan krijg je in ieder geval alle benodigde aminozuren binnen. Dat is niet het geval bij plantaardige eiwitten.

In plantaardige eiwitten (zoals peulvruchten, noten, pitten, zaden, quinoa) zitten namelijk lang niet altijd alle aminozuren. Daarom moet je bij een volledig plantaardig voedingspatroon heel goed weten welke aminozuren aanwezig zijn in welk voedingsmiddel, zodat je slimme combinaties kunt maken en geen tekorten krijgt. En dan nog krijg je niet alle aminozuren binnen, want het aminozuur carnitine is alleen te vinden in dierlijke voeding. Het lichaam kan carnitine overigens wel uit andere aminozuren maken, maar dan moet je die dus wel in voldoende mate eten en verteren.

Plantaardige eiwitten zijn lastiger te verteren

Naast dat plantaardige eiwitten dus vaak niet alle aminozuren bevatten, zijn ze helaas ook lastiger te verteren dan dierlijke eiwitten. En alles wat je niet verteert, kun je niet opnemen in je lijf. Dit betekent dat de aminozuren die je dan wel in je voeding hebt zitten niet kunt gebruiken maar in het toilet aantreft. 

Planten bevatten steeds minder eiwitten

Daarnaast blijkt uit onderzoek, dat door de toename van CO2 in de lucht de samenstelling van planten verandert. Er zitten daardoor minder eiwitten in planten en meer koolhydraten (suikers). Je moet dus meer plantaardige voeding eten om aan je eiwitbehoefte te komen. Daardoor krijg je ook meer koolhydraten binnen. Niet iedereen reageert daar even tof op.

Plantaardige eiwitten zijn een mooie aanvulling

Toch ben ik er wel een voorstander van om ook regelmatig plantaardige eiwitten te eten en zo je voedingspatroon uitgebreid en gevarieerd te houden. En hoe die verhouding tussen plantaardige en dierlijke eiwitten er dan moet uitzien is voor iedereen verschillend. Gelukkig maar! De ene mens doet het namelijk veel beter op wat meer plantaardige voeding dan de ander. En daarmee rekening houden lijkt me een mooie stap richting meer gezondheid. Want iets kan op papier nog zo’n geweldig idee zijn, als jouw lijf het niet wil dan werkt het (voor jou) niet.

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.

Mijn 10 tips om met succes je voeding aan te passen

In mijn blog van vorige week kon je lezen welke basisstappen je zou kunnen zetten om met succes te starten met het aanpassen van je voeding. Het gaat in die blog vooral over een aantal mindset-stappen. In deze blog gaan we het concreet maken en deel ik mijn 10 gouden tips om je voeding concreet en met succes aan te passen.

1. Besluit dat NU het moment is waarop je het gaat doen

Zoals ik in mijn vorige blog al heb geschreven, er is nooit een beter moment om te starten dan NU. Er zal altijd iets zijn waardoor NU niet het meest ideale moment is. Wacht niet op het ideale moment en begin gewoon. Hoe klein ook. In de kleinste verandering zit vaak het grootste resultaat.

2. Deel het besluit en vraag om support

Het veranderen van je voedingspatroon is niet niks en ook niet iets dat onopgemerkt zal blijven voor je omgeving. Deel je besluit dus met je directe omgeving. Daarmee bedoel ik de mensen waarmee je leeft en eet. Ga het besluit niet uitleggen, maar zeg dat je je voeding gaat veranderen omdat je voelt dat dit nu voor jou nodig is. Meer uitleg hoeft niet. Je hoeft het niet te verantwoorden.

Vraag je directe omgeving ook om support. Ze hoeven niet met je mee te doen, maar het is wel heel fijn als ze begrip en respect hebben voor jouw keuze. Dat ze je de ruimte geven om het op jouw manier te gaan doen en ontdekken. Ben daarin ook concreet. Geef aan wat je nodig hebt. Dus bijvoorbeeld: “Ik heb het van je nodig dat je me geen boterham meer aanbiedt.” of iets anders dat jou het beste zal helpen om je aan je besluit te houden.

3. Verander slechts één ding per keer

Rome is ook niet op 1 dag gebouwd, dus gooi niet ineens je hele voedingspatroon om zonder deskundige begeleiding. Neem gewoon één ding, pas dat aan en doe dat een week. Merk wat het met je doet en of het je na die week al makkelijker afgaat. Als dat zo is, dan neem je er iets anders bij, zo niet dan houd je het nog even bij dat ene ding.

4. Houd bij wat er gebeurt in je lijf

Je lijf gaat reageren op andere voeding, dat kan niet anders. Neem elke dag een kort momentje voor jezelf en voel eens wat er gebeurt in je lijf. Vooral na het eten, tussen de maaltijden door en als je naar het toilet gaat. Wat merk je? Ben je daar blij mee? En zo niet, wat is er dan nodig om het beter te doen?

5. Houd niet vast aan wat je probeert los te laten

Als je anders gaat eten, dan ga je waarschijnlijk uit de pas lopen bij wat de rest van de maatschappij doet. Chapeau! Dat is de bedoeling, want wat je deed sloot daar misschien wel op aan maar was voor jou niet goed. De grootste moeilijkheid zit erin om vast te blijven houden aan wat je probeert los te laten. Ik bedoel: als je besluit dat je geen brood meer wilt eten, dan moet je niet vasthouden aan de gedachte hoe lekker dat brood wel niet is of hoe makkelijk anderen het hebben omdat zij wel snel een boterham kunnen maken en jij iets meer werk hebt om je salade klaar te maken. Vasthouden aan wat je los probeert te laten is gedoemd om te mislukken.

6. Ga uit van wat er allemaal wel kan

Het is heel verleidelijk om te blijven kijken naar alles dat je niet meer mag eten. Als je vanuit deze blik aan de slag gaat, dan ervaar je continu een gevoel van tekort. Dan gaat het niet werken voor je. Ga daarom uit van wat er wel kan. Hang een voedingsmiddelenlijst op de koelkast van alle voeding die passen in je gezonde nieuwe menu en kies met die lijst in de hand wat je gaat eten. Een goede voedingsmiddelenlijst vind je bijvoorbeeld in mijn gratis e-boek ‘3 tips om met succes je voeding aan te passen’

7. Maak een weekmenu

Neem aan het begin van elk seizoen even de tijd om een weekmenu te maken. Schrijf op wat je de komende maanden elke week gaat eten. Dat haalt de druk eraf om elke week 21 nieuwe maaltijden (ontbijt, lunch en avondeten) te moeten verzinnen. En wil je een keer iets anders eten, dan kan dat natuurlijk gewoon.

8. Houd het simpel

Zeker in het begin is het super belangrijk om het simpel te houden. Zorg dat je bij elke maaltijd iets van groente, gezonde vetten en iets van eiwit (een eitje, stukje vis of kip) eet en je bent al een flinke stap in de goede richting. Hoe je van deze ingrediënten weer die super toffe maaltijden maakt waar je van oor tot oor van gaat glimmen omdat je er zo van geniet komt vanzelf wel weer. Dat heeft tijd nodig.

9. Vier je successen

Sta stil bij je successen: een hele dag gezond gegeten, een hele week gezond gegeten, op een dag dat je het lastig had gezond gegeten. Allemaal reden voor een mini-feestje. Sta er even bij stil. Ben trots op jezelf. 

10. Sta jezelf een niets-is-toxisch-dag toe

En tot slot is het ook belangrijk om je te realiseren dat de boog niet altijd gespannen hoeft te staan. Liever niet zelfs….. dus sta jezelf een niets-is-toxisch-dag toe. Dat is een dag waarop je iets eet wat niet meer in je nieuwe voedingspatroon past, maar wat je altijd zo ontzettend lekker vond. Het is niet een dag waarop je jezelf de hele dag volpropt met van alles dat niet goed voor je is. Dus je eet ook op die dag gezond, maar maakt ook een uitstapje naar iets dat minder gezond is: dat stukje taart op die verjaardag, die pizza bij het uit eten gaan, een klein handje chips (maar niet een hele zak). Zo houd je het ook leefbaar voor jezelf en blijf je flexibel.

Hebben deze tips je inspiratie gegeven om NU toch echt aan de slag te gaan met je voeding? Heb je nu het vertrouwen dat het ook jou gewoon gaat lukken?

Wil je dat hieronder met mij delen?

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.

Hoe pas je met succes je voeding aan?

Als ik mensen vertel, dat ik vrouwen begeleid om meer energie en minder klachten te hebben door anders te gaan eten en leven, dan krijg ik heel vaak de vraag “Hoe moet dat in hemelsnaam: met succes (blijvend) je voeding aanpassen?”. Het antwoord is eigenlijk heel simpel: je doet het gewoon! Je begint ermee en stopt er niet meer mee.

Maar goed, dat is wel een heel kort antwoord en ik snap natuurlijk ook wel dat jij er niet heel veel wijzer van wordt. Er valt ook veel meer over te vertellen, dus laat ik dat in deze blog eens doen.

Het begint met een besluit

In de kern komt het antwoord dat ik hierboven heb gegeven neer op het volgende. Je besluit dat je het gewoon gaat doen. En er is maar één moment het meest geschikt om dat besluit te nemen en dat moment is NU. Want laten we eerlijk zijn, er is altijd wel een reden te verzinnen waarom NU niet het goed moment is. Omdat je het te druk hebt, omdat je kinderen hebt, omdat je niet zou weten wat je dan wel moet eten, omdat het winter wordt…. vul zelf je eigen waarom-niet-nu maar in.

Toen ik mijn besluit een aantal jaren geleden nam, was ik in de ‘luxe-positie’ dat mijn lijf gewoon echt niet verder wilde op de manier waarop ik het de daaraan voorafgaande 40 jaar had gedaan. Een lijf hebben dat protesteert is soms het beste geschenk dat je hebben kunt, want het praat met je en geeft je aan dat jij iets anders moet verzinnen. Dat is altijd beter dan een lijf dat nooit communiceert met je en er ineens gewoon mee stopt….

Alle begin is moeilijk

Ik zou willen dat ik kon zeggen dat het na het nemen van het besluit simpeler wordt, maar dan zou ik je voor de gek houden. Ook hier geldt het adagium: alle begin is moeilijk. En ben eens eerlijk, dat is toch ook logisch? Je hebt 20, 30 of 40 jaar lang op een bepaalde manier gegeten en dan ga je dat ineens anders doen. Hoezo verwacht je dan dat dit zonder enige leercurve zal gaan? Jij moet er aan wennen en je lijf ook.

In mijn geval verschoof mijn voeding van een menu dat vooral bestond uit graanproducten en zuivel (met natuurlijk ook groenten en een stukje vlees of vis), naar een menu dat vooral bestaat uit groenten, wat fruit, gezonde vetten en een passend stukje vis, gevogelte en soms iets van vlees. Concreet vielen zo’n beetje al mijn recepten af en al het vertrouwde viel weg. En dat is eigenlijk een mooie plek om te zijn, want je kunt echt gaan ontdekken wat jou voedt. 

Maar dat betekende wel, dat mijn maaltijden in het begin niet meteen restaurant-waardig waren. Dat het niet alle avonden aan tafel genieten was van kop tot teen. Ik die zo van lekker eten houd, zat dan boven een bord met groenten (waarmee ik toen nog niet zoveel raad wist) zonder saus, zonder pasta, zonder kaas….. 

Ik nam de tijd en stond mezelf toe om opnieuw te leren koken. Met nieuwe ingrediënten, nieuwe recepten, nieuwe ideeën. En kalm aan werd het weer een feestje op mijn bord. Maar vanaf dag 1 was het wel een steeds groter wordend feestje in mijn lijf. Vanaf die eerste dag gaf mijn lijf mij aan dat ik op het juiste spoor zat. En dat was beloning genoeg.

En dan gaat het mis (of niet)

Zo ben je ineens een paar weken lekker bezig met je voeding en voel je je daar eigenlijk best goed over. Tot het mis gaat….. er gebeurt iets in je leven waardoor het ineens lastiger wordt. Je verliest je baan, er is iets met je kinderen, je gaat verhuizen of verbouwen of er gebeurt iets anders wat ineens alle aandacht vraagt. En dan heb je grofweg 2 opties: kijken hoe het ook onder die omstandigheden lukt of naar de friettent (afhaal-Chinees, pizzaboer, etc). Begrijp me niet verkeerd: ik snap volledig dat je voor die friettent kiest. Toch…. met bijna hetzelfde gemak doe je het niet en zet je iets gezonders op tafel. Al is het maar wat groenten (gestoomd of rauw), een stukje kip of vis en haal je daar een keer frietjes bij omdat je weinig ruimte hebt om echt een volwaardige maaltijd te koken.

Concrete tips en tops

In deze blog deel ik mijn 10 beste tips en tops met je over hoe je concreet je voeding met succes aanpast: https://www.vanappeltotzeekraal.nl/tips-en-tricks-om-je-voeding-met-succes-aan-te-passen/. Lees die ook eens en put er inspiratie uit. Ik weet zeker dat er iets bij zit waar jij mee kunt starten en kunt ervaren wat andere voeding voor jou doet.

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.

Je darmen zijn je tweede brein (en misschien wel je eerste brein)

Hersenen…. als je het op de markt in Den Bosch lukraak aan mensen zou vragen waar die zitten in het lijf, dan zullen de meeste mensen wijzen naar hun hoofd. Helemaal terecht natuurlijk. En toch….. als je zou wijzen naar je buik, dan zou ik het antwoord ook goedkeuren. Want je darmen zijn ook een soort hersenen, maar dan anders.…

Hersenen worden gebruikt voor communicatie

In je hersenen krioelt het van de zenuwbanen die zijn opgebouwd uit gigantische hoeveelheden zenuwcellen. De samenspel van zenuwcellen in je hoofd heet het centrale zenuwstelsel. In dit stelsel is het een drukte van belang. De zenuwcellen communiceren de hele dag met elkaar. Ze brengen informatie vanuit het lichaam (dat een eigen zenuwstelsel heeft) over naar bepaalde delen van de hersenen en ze communiceren het antwoord van de hersenen weer terug naar het lichaam.

Stel bijvoorbeeld dat je je hand legt op een gloeiend hete verwarming. Die warmteprikkel komt via de zenuwcellen in de huid razend snel aan bij de hersenen. Die geven vervolgens (via andere zenuwbanen) de spieren in je hand opdracht om in beweging te komen, van de verwarming af. Zo zijn er ontelbare voorbeelden te geven waarin het lichaam en de hersenen met elkaar praten om de boel een beetje leuk aan de praat te houden voor jou.

Het zenuwstelsel van je darmen

Je darmen hebben een buitengewoon complex en zelfstandig werkend zenuwstelsel. Dat is zo zelfstandig, dat als je de zenuwverbinding tussen de darmen en de hersenen zou doorsnijden, dat het zenuwstelsel van de darmen in leven blijft en haar werk blijft voortzetten. Dat is nergens in het lichaam zo geregeld, alleen in de darmen. Het zenuwstelsel in de darmen heet het enterisch zenuwstelsel. Juist omdat dit zenuwstelsel in de darm zo zelfstandig kan opereren, wordt het ook wel je tweede brein genoemd.

Dit enterisch zenuwstelsel heeft uiteraard heel veel communicatielijntjes met het centrale zenuwstelsel in je hoofd. Maar nu komt het….. er lopen meer communicatielijntjes van de darmen naar het hoofd dan andersom. Het is daarmee dus de vraag of het zenuwstelsel van je darmen niet  eigenlijk je eerste hersenen zijn.

De rol van de darmflora in het zenuwstelsel

Communicatie in het zenuwstelsel gaat via communicatiestoffen, die we neurotransmitters noemen. Een hele bekende neurotransmitter is serotonine. Serotonine zorgt ervoor dat je lekker in je vel zit, je gelukkig voelt en verbinding voelt met de mensen waar je van houdt. Deze werking van serotonine vindt vooral in de hersenen plaats. Toch is de basis van serotonine in je buik te vinden. 

90% van alle serotonine die jij gebruikt in je lijf wordt namelijk in je darmen gemaakt door je microbioom. Vrouwen met een verstoorde darmflora hebben dan ook vaak gedoe met serotonine en zitten niet lekker in hun vel, terwijl er ogenschijnlijk in hun leven niet zoveel mankeert. Alles gaat goed in hun leven en toch zijn ze niet happy. 

Gedoe in je buik geeft gedoe in je hoofd

Nu je dit weet, begrijp je waarschijnlijk veel beter waarom gedoe in je buik ook gedoe in je hoofd geeft. Gedoe in je buik wordt namelijk meteen gecommuniceerd met je hersenen en dat heeft vaak effect op hoe je je mentaal voelt. Daarom hebben mensen met een prikkelbare darm bijvoorbeeld een groter risico om zich down en depri te voelen. Depressieve klachten zijn dan ook vaak een teken van een darmprobleem.

Een begin van een oplossing kan dan gevonden worden in het gezonder maken van je darmen. Daarover gaat mijn e-boek Gezonde darmen dat je hier kunt downloaden.

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.

Hoe vaak per week moet je vis eten?

Vis is voor mij een van de belangrijkste voedingsmiddelen die je op je bord kunt leggen. De rol van het eten van vis op je gezondheid is zo groot, dat ik mijn klanten dan ook standaard vraag hoe vaak ze vis eten per week en welke vis er dan op hun bord komt. De meeste van mijn klanten eten echter nauwelijks vis of hooguit 1 keer per week een stukje kibbeling of zo. Tja, dan is er werk aan de winkel, zeker als er sprake is van allerlei klachten die er al jaren zijn en die maar niet over gaan. Vis speelt namelijk een belangrijke rol in het functioneren van je lijf.

Vis is een goede bron van eiwitten

Verreweg de belangrijkste bouw- en herstelstoffen in ons lichaam zijn afkomstig van eiwitten. Eiwitten vind je in vlees, gevogelte, eieren, vis, noten, zaden, peulvruchten en granen. Niet alle eiwitten zijn gelijkwaardig voor je lijf. Zo bevatten plantaardige eiwitten vaak niet alle bouwstoffen die je nodig hebt en zijn ze lang niet zo goed te verteren voor je als dierlijke eiwitten. Maar ook binnen de dierlijke eiwitten geldt dat er verschil is in hoe moeilijk of makkelijk je ze verteren kunt. 

Vis is een bron van dierlijke eiwitten die over het algemeen licht te verteren is en dat is belangrijk. Want je hebt alleen maar iets aan voeding die daadwerkelijk verteert. Voeding die je niet goed hebt kunnen verteren, komt terug in het toilet in de vorm van dure poep. Je hebt er niks aan.

Vis bevat vetten die goed zijn voor je gezondheid

Naast eiwitten heeft je lichaam ook gezonde vetten nodig. Een van die gezonde vetten zijn de omega-3-vetzuren, in de volksmond ook wel visvetzuren genoemd. En daar is een reden voor: deze vetzuren kom je vooral tegen in vis, hoewel ze ook aanwezig zijn in algen (zeewier), walnoten en biologische eieren.

Omega-3-vetzuren zijn heel belangrijk voor je omdat ze je immuunsysteem reguleren. Ze zorgen ervoor dat je immuunsysteem, nadat het in actie is gekomen, ook weer op tijd stopt en tot rust komt. En dat is super belangrijk. Veel chronische klachten zijn verbonden aan een immuunsysteem dat op de achtergrond actief blijft. Dit kost ontzettend veel energie en kan een van de redenen zijn dat iemand klachten blijft houden, moe blijft en zich niet fit voelt.

Niet alle vis is gelijk

In alle vis zitten eiwitten. De hoeveelheid eiwitten verschilt nog wel per vis, maar met vis krijg je wel alle benodigde bouw- en herstelstoffen binnen. In alle vis zitten ook vetten, alleen niet in alle vissen evenveel en van de juiste soort. 

Ik hoop dat je snapt dat in magere vissoorten, zoals witte vis, minder vetten zitten dan in de vette vissoorten, zoals makreel en haring. Dus als je meer vis gaat eten, eet dan meer vette vis. Dan krijg je én de eiwitten binnen én de juiste vetten.

Maar binnen die vette vis moet je ook nog even goed opletten. Zalm is bijvoorbeeld ook een vette vis, maar de meeste zalm die je bij de supermarkt of visboer koopt is kweekzalm. Deze zalm bevat over het algemeen veel minder omega-3-vetzuren en meer omega-6-vetzuren. Die laatste vetzuren activeren je immuunsysteem juist en dat is nu net niet de bedoeling. Dus als je zalm eet, kies dan voor wilde zalm.

Hoeveel vis moet je per week eten?

Moet je dan nu alle dagen vis eten? Waarschijnlijk niet, hoewel ik het bij sommige aandoeningen wel adviseer. Een goed startpunt is om in ieder geval 2 keer per week een flinke portie vette vis te eten, zoals haring, sardines, ansjovis, makreel, wilde zalm en paling. 

Daarnaast is het ook belangrijk om regelmatig (minimaal 1 keer per week) witte vis of schaal-en schelpdieren te eten. Die zijn weliswaar mager, maar bevat wel een goede hoeveelheid jodium. Jodium is belangrijk voor de werking van je schildklier. En zo kom je dus op 3 keer vis eten per week uit.

Zelf ben ik een echte viseter geworden en vind ik nagenoeg alle voeding uit de zee inmiddels heerlijk. Wat denk je bijvoorbeeld van hele vis uit de oven, lekker wat groenten ernaast en klaar. Of andijviesalade met nectarines en haring?

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.

Hoe ik tegen voedingssupplementen aankijk

Als orthomoleculair- en kPNI therapeut zijn voedingssupplementen een van de basisinstrumenten die ik in mijn praktijk heel graag gebruik. Ook voor mijn eigen gezondheid zet ik ze al jaren in. In beide gevallen boek ik er meestal hele goede resultaten mee. Toch zijn er wat mij betreft wel een aantal aandachtspunten als je overweegt om een voedingssupplement te gaan gebruiken.

Voeding komt voor suppletie

Het klinkt misschien als een open deur en het staat op elk potje van welk voedingssupplement dan ook: een supplement is geen vervanging voor gezonde voeding. Het zou wat zijn. Je blijft gewoon de hele dag allerlei fabrieksvoedsel in je mond stoppen, gaat ’s avonds naar de frietboer of laat een spotgoedkope zero-voedingswaarde-pizza komen en dan stop je er wat supplementen bij en alles komt goed. Zo werkt het dus niet.

Je lichaam heeft als eerste een gezonde hoeveelheid voeding nodig die gevarieerd is en bij voorkeur biologisch. Als je dat op orde hebt, en dan mag je natuurlijk best eens een patatje halen, dan kijk je welke voedingssupplementen je eventueel wilt inzetten als aanvulling.

Een voedingssupplement moet van goede kwaliteit zijn

Ook dit lijkt me voor de hand liggen. Helaas zie ik nog heel vaak klanten die gebruik maken van voedingssupplementen waarvan ik ze meteen aanraad die niet meer te kopen, laat staan in hun mond te stoppen. En dat is ook logisch, want hoe weet je als gewone consument nu wat een goed product is? Dat is helemaal niet zo eenvoudig en helaas zijn er ook heel wat producten van mindere kwaliteit op de markt. Toch zijn er wel wat aanknopingspunten die je op de verpakking terugvindt om je een idee te geven over de kwaliteit.

Zo moet er op de verpakking op zijn minst opstaan wat er in zit. En dan bedoel ik, dat er niet alleen gezegd wordt dat er magnesium inzit, maar dan wil ik weten: welke magnesium en in welke hoeveelheden. Dus een product dat niet gedetailleerd aangeeft welke inhoudsstoffen er precies en in welke hoeveelheden inzit, laat je staan.

Vervolgens kijk je, of die inhoudsstoffen die erop staan wel de juiste vorm bevatten. Zo wil je van mineralen zoals magnesium niet de variant die eindigt op oxide of chloride. En van vitamines, met name B-vitamines, wil je graag een actieve vorm hebben. Die kan het lichaam direct gebruiken, zonder dat de lever er nog iets mee moet. Met name bij vitamine B6 is dat belangrijk. Daarvan neem je dus pyridoxaal-5-fosfaat en geen pyridoxine of pyridoxine-hydrochloride.

Een goed supplement heeft zo min mogelijk toevoegingen

Je neemt een voedingssupplement om je gezondheid te ondersteunen toch? Dat betekent voor mij dat een supplement dat allerlei onnodige toevoegingen bevat afvalt. Dus suiker (saccharose of fructose) mag er echt niet in zitten. Ook zoetstoffen zoals aspartaam hebben geen plek in een supplement. Verder wil je een supplement met zo min mogelijk synthetische kleurstoffen of anti-klontermiddelen. Je herkent deze aan hun E-nummers (E468, E551, E171).

Bij voedingssupplementen is meer niet altijd beter

Ik zie in mijn praktijk regelmatig klanten die bij hun eerste sessie binnenkomen met een tas vol met allerlei verschillende soorten voedingssupplementen en de vraag wat ik daarvan vind. Ze hebben dan her en der van alles gelezen over stoffen die goed zouden kunnen zijn voor hun gezondheid en die hebben ze als supplement gekocht. En die verzameling heeft zich kalm aan uitgebreid tot een regiment pillen bij de maaltijd die serieus indrukwekkend is. Ik ben daar geen fan van.

In een therapeutisch proces kan het inderdaad af en toe voorkomen, dat je tijdelijk met een respectabel aantal pillen naast je bord aan tafel zit. Maar dat is tijdelijk!! Dat is bewust gekozen met een bepaald therapeutisch doel. Zodra dat doel bereikt is (in de meest ideale situatie), dan stop je daar weer mee en val je terug op de basis van een goede multi, vitamine D (afhankelijk van je bloedwaarde) en eventueel visolie als je nauwelijks vette vis op je bord terugvindt. Deze basis vul je dan – indien nodig – heel gericht en zo beperkt mogelijk aan met wat jouw lijf op dat moment extra kan gebruiken. Dus je zet niet zomaar een supplement in omdat het goed kan zijn voor je, maar kiest daarin heel bewust wat je wilt bereiken en welk supplement daarin – in aanvulling op de juiste voeding – iets kan betekenen. 

Soms moet je extra voorzichtig zijn met supplementen

Supplementen kunnen interacties geven met elkaar en/of met eventuele medicijnen die je neemt. Ook kunnen supplementen, zelfs een multi, niet verstandig zijn bij bepaalde aandoeningen. Dus vraag deskundig advies voor je supplementen gebruikt, zeker als je ook medicijnen gebruikt of een onderliggende medische aandoening hebt.

Gebruik jij voedingssupplementen en zo ja, wat merk je daar dan van?

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.

Mijn beste alternatieven voor brood

Brood….. de meeste mensen vinden het heerlijk en kunnen er niet vanaf blijven. Een van de meest gehoorde opmerkingen in mijn praktijk is dan ook: “Maar ik ga mijn brood niet laten staan hoor!”. Uiteindelijk doet bijna iedereen die dit zegt het toch en dat blijkt veel beter te bevallen. Het lijf knapt er vaak ontzettend van op en dat motiveert dan weer om er in de toekomst vanaf te blijven.

Er is overigens een reden waarom dat brood zo ongelooflijk lekker is en je denkt dat je het niet kunt laten staan. In brood zitten namelijk gluten, dat is bij de meeste mensen wel bekend. Gluten bevatten een eiwit dat gliadine heet. Dit eiwit wordt in de darm omgezet in een opiaat-achtige stof (exorfine genoemd) en dat is een verslavende stof. Ik kan je verzekeren, hoe minder brood je eet (en andere graanproducten), hoe minder je de behoefte hebt om het in je mond te stoppen.

Maar als je net begint op je pad naar een brood-vrij leven, dan heb je misschien geen idee wat je dan wel moet eten. Brood is zo ingeburgerd in onze cultuur. We zijn er allemaal mee opgegroeid. Gelukkig is er wel een steeds grotere groep mensen die ook geen of minder brood eet en daarmee zijn de online recepten voor broodvervangers enorm gegroeid. Een beetje grasduinen online levert je meteen al een berg aan alternatieven op.

Brood van amandelmeel

Waarschijnlijk is het eerste waar je tegenaan loopt als je online gaat zoeken naar broodvervangers een recept voor amandelmeel brood. Daar kun je bijna niet omheen. En dat is ook logisch, want het is lekker, makkelijk te maken en te beleggen met wat je voorheen op je normale boterham deed. Toen ik net startte met mijn graanvrije leven, was brood van amandelmeel mijn go-to brood. Het vult ook erg goed en het stabiliseert je bloedsuikerspiegel, dus geeft rust in je lijf.

Noten zijn echter niet voor iedereen goed te verteren, dus als je na het eten van amandelmeel brood last krijgt van een opgeblazen gevoel, gasvorming of drijvende ontlasting, dan moet je minder notenbrood eten en misschien wat extra aandacht geven aan het op weer niveau brengen van je spijsvertering. Een mooi alternatief kan dan ook mijn groentebrood zijn, waar maar een klein beetje amandelmeel in zit.

Brood met groenten en kokosmeel

Persoonlijk ben ik meer een fan van brood gemaakt met groenten en kokosmeel, dan brood gemaakt van voornamelijk amandelmeel. Zowel groenten als kokosmeel zijn heel vezelrijk en daarmee een mooie voedingsbodem voor je darmmicrobioom. En dat is heel belangrijk. Dat microbioom zorgt er namelijk voor dat er een goede afweer is tegen ziekteverwekkers (virussen, bacteriën, schimmels, parasieten), dat er energie gemaakt wordt voor jou en je darm en het microbioom helpt mee om bepaalde vitamines (met name B vitamines) en neurotransmitters (communicatiestoffen voor je zenuwstelsel) te maken. Denk maar eens aan serotonine, dat voor 90% door je microbioom wordt gemaakt en je helpt lekker in je vel te zitten en goed te slapen.

Van kokosmeel heb je maar een klein beetje nodig en het is goedkoper dan amandelmeel, dus dat is ook mooi meegenomen. Zijn courgettebroodjes zijn makkelijk en snel te maken en vrij neutraal van smaak. Je kunt ze dus ook prima beleggen met wat je normaal op je boterham zou doen.

Zadencrackers

Een ander mooi alternatief voor brood zijn crackers. Veel mensen eten die nu ook al, maar dan zijn ze gemaakt van granen. Je kunt ze echter ook heel makkelijk zelf maken zonder granen. Je neemt dan allerlei soorten pitten en zaden en maakt daar je eigen crackers van. Het voordeel daarvan is dat je naar hartelust kunt experimenteren met de mix van zaden en pitten die jij lekker vindt en je kunt er ook kruiden aan toevoegen voor meer smaak en extra bioactieve plantstoffen. Daar wordt je lijf ook blij van. 

Zadencrackers zijn doordat ze van zaden en pitten zijn gemaakt, net als notenbrood, heel rijk aan eiwitten en gezonde vetten. Ze vullen dus goed en zorgen voor een stabiele bloedsuiker. Ze zijn verder naturel van smaak (tenzij je helemaal losgaat met kruiden natuurlijk) en laten zich beleggen met wat je maar lekker vindt.

Wat is jouw grootste uitdaging als je denkt aan minder of geen brood meer eten? Wil je dat hieronder met mij delen?

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.

Mijn 3 favoriete glutenvrije pasta vervangers

Pasta….. daar kon je mij altijd midden in de nacht voor wakker maken. Zo ontzettend lekker vond ik dat. Pasta carbonara, pasta met tomatensaus en gamba’s, pasta met knoflook en olijfolie…. vers geraspte Parmezaanse kaas erover heen en smullen maar. Ik was echt verzot op pasta.

Tot ik in een vakantie in Italië werkelijk de hele vakantie ontzettend buikpijn had. Een buikpijn die ook steeds erger werd hoe langer we daar waren. Tot op het punt dat ik tegen mijn man zei: “Kunnen we vanavond misschien ook gewoon wat groenten eten zonder pasta?”. Mijn lijf was er helemaal klaar mee.

Sinds dat moment ben ik gaan experimenteren met mijn voeding. Ik kon het protest van mijn lijf niet langer opzij zetten. Uiteindelijk heeft dat ertoe geleid dat ik geen granen meer eet. Tja, dan is het gedaan met de pasta zou je zeggen. Toch blijkt dat niet zo te zijn. Er zijn verschillende graanvrije pasta alternatieven. In deze blog zet in mijn 3 favorieten voor je op een rijtje.

Op nummer 3: Courgette pasta 

Zodra je in de wereld van graanvrije pasta alternatieven stapt, dan is courgette pasta denk ik zo ongeveer het eerste dat je tegenkomt. Gemaakt met een spiraalsnijder (die je in allerlei soorten en maten hebt) of tegenwoordig zelfs al zo kant-en-klaar in de supermarkt te koop.

Persoonlijk vind ik courgette pasta ingewikkeld. Qua smaak vind ik hem heerlijk en zo neutraal dat hij bij alles wat je kunt bedenken wel past. Er zit alleen zoveel water in een courgette, dat pasta gemaakt met deze groente al snel een soort pasta-soep wordt op je bord. Daar houd ik dan weer minder van. Er zijn wel allerlei dingen die je kunt doen om dit te voorkomen, maar voor mij werken ze niet echt. Zo kun je de courgette pasta op een schone theedoek leggen, bestrooien met zeezout en een half uurtje laten liggen om vocht te onttrekken. Daarna spoel je hem af en knijp je hem heel goed uit. Het kan….. maar een enorm groot verschil vind ik dit niet geven.

Je kunt de courgette spaghetti ook eerst zachtjes roosteren in een voorverwarmde oven en hem dan gebruiken. Het is een hoop werk en ook hier vind ik het resultaat niet echt geweldig. Voor mij werkt nog gewoon het beste om de courgette pasta op het allerlaatste moment door je saus te scheppen en meteen te serveren. En zelfs dan….. pas op voor soep-achtige taferelen. Maar lekker is het zeker! Bijvoorbeeld met broccolipesto en vis.

Op nummer 2: Soba noodles

Verreweg het beste graanvrije spaghetti alternatief als je het niet erg vindt dat het wat meer koolhydraten bevat, zijn soba noodles. Op zichzelf zijn soba noodles onderdeel van de Japanse keuken en dus niet bedacht voor Italiaanse pasta gerechten, maar daar blijken de noodles zelf niet mee te zitten 😉. 

Soba noodles zijn gemaakt van boekweit. Boekweit is geen graan, maar een zaad. Boekweit is daarom glutenvrij en dat is voor heel veel buiken een goed idee. Het is verder een mooie bron van een aantal B-vitamines en mineralen zoals magnesium, ijzer en koper. Boekweit is – zeker in de soba noodles – redelijk neutraal van smaak en zo klaar. Je hoeft de noodles maar een minuutje of 5 te koken. Daarna moet je ze wel meteen goed afgieten en vooral afspoelen onder koud stromend water. Dat haalt een stuk van het zetmeel weg en zorgt dat ze niet plakkerig worden. Daarna doe je ze nog 1 minuutje terug in je pan waar de pastasaus in zit en schep je de boel op je bordje. Je kunt ze ook koud eten en er een koude pasta salade van maken. 

Op nummer 1: Konjac noodles

Konjac is een Aziatische plant waarvan de wortelknollen gebruikt worden om onder andere noodles van te maken: konjac noodles. Deze noodles zijn heel rijk aan een bepaalde vezel die super goed is voor je darmen: de glucomannan vezel. Je krijgt met een bordje van deze spaghetti-achtige noodles dus een hele berg vezels binnen en wel die vezels waarmee je je darmmicrobioom positief kunt beïnvloeden. 

Bovendien zorgt deze glucomannan vezel voor een heel goed verzadigingsgevoel en helpt deze vezel om je bloedsuikerspiegel te reguleren. En dat alles zonder dat er noemenswaardige calorieën in dit product zitten. Konjac noodles zorgen dus voor een bord pasta dat helemaal past in een ketogeen of koolhydraatarm voedingspatroon. Door de enorme hoeveelheid glucomannan vezels heb je inderdaad totaal geen honger op een bordje van deze pasta, ondanks het gebrek aan calorieën in deze pasta.

Als je de noodles uit de verpakking haalt, dan ruiken ze wel een beetje naar vis. Je moet ze daarom heel goed spoelen onder stromend water tot je die geur zo goed als kwijt bent. Verder staat er op de verpakking precies hoe je ze verder verwerken moet. Vaak zijn ze al gekookt, dus volstaat goed spoelen en dan door je pastasaus doen om ze even op te warmen. 

Ondanks de gekke geur zijn konjac noodles ongelooflijk neutraal van smaak (ze smaken eigenlijk nergens naar) en kun je ze dus prima als pasta vervanger gebruiken. 

Welke van deze glutenvrije pasta vervangers spreekt jou het meeste aan??

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.

Natuurlijk…..

Ik ben een grote fan van de natuur en van een natuurlijke aanpak in mijn leven. Het zijn dingen die voor mij zo vanzelfsprekend zijn. Daar denk ik niet eens over na. Als ik iets nodig heb om me beter te voelen, dan zijn de natuur en natuurlijke middelen altijd het eerste waar ik aan denk.

Hoe de Westerse leefstijl mijn gezondheid beïnvloedde

Dat is ook wel eens anders geweest. Ik heb er heel lang eigenlijk niet echt over nagedacht. Ik deed wat iedereen om me heen zo’n beetje deed, want dat was normaal. Ik ging er vanuit dat het daarmee ook goed was. Dus als ik bijvoorbeeld hoofdpijn had (wat gelukkig niet veel voorkwam) of menstruatiepijn (wat helaas elke maand serieus voorkwam), dan greep ik naar een pijnstiller (of meerdere). Als ik weer eens honger had (wat zowat elke 2 uur voorkwam) en geen zin om iets te maken, dan kwam er een kant-en-klare hap te voorschijn (ik heb wat instant-noodles weggewerkt). Verder gebruikte ik allerlei cosmetica en verzorgingsproducten zonder me af te vragen wat er in zat en dronk ik onderweg uit plastic flesjes.

Tot ik niet meer kon en er over na moest gaan denken.

Ik zat namelijk niet goed in mijn vel. Mijn lijf gaf elke dag allerlei signalen dat ik iets deed wat haar niet beviel. En dat deed het lijf al heel lang. Eerst heb ik dat wat genegeerd en toen dat niet meer kon, heb ik heel lang gezocht naar oplossingen in de vorm van een quick fix. Iets waar ik niet echt over na hoefde te denken en wat snel hielp. Op die pijnstillers na voor mijn hoofdpijn en menstruatiepijn heb ik die quick fix nooit gevonden. En die pijnstiller was ook elke keer weer nodig, dus hielp op de lange duur eigenlijk ook niet echt.

Je gezondheid in eigen hand nemen en het anders doen

Toen de maat vol was, was de tijd rijp om het anders te gaan doen. Ik zou willen dat ik kon zeggen dat dit zonder slag of stoot ging, maar dan zou ik je voor de gek houden. Het was een zoektocht, een proces. Een proces waarmee ik nog steeds bezig ben, al is het grootste deel ervan inmiddels heel vanzelfsprekend en natuurlijk voor me. Een proces waarin ik ontzettend veel geleerd heb. Over mezelf, over wat ik nodig heb, over hoe ik goed voor mij kan zorgen. Een proces waarin ik dagelijks leer en daar inmiddels ook ontzettend van geniet.

Voeding als basis voor gezondheid

Ik ben begonnen met mijn voeding. Dat leek me logisch, want mijn spijsvertering lag gigantisch overhoop en dat zou toch wel eens iets te maken kunnen hebben met wat ik in mijn mond stopte. En ja, dat bleek zo te zijn. Mensen gaan er wel eens vanuit, dat als je dan je voeding aanpast, dat je je dan direct goed voelt. Helaas is dat niet altijd zo. Dat is ook logisch want je hebt tientallen jaren iets op een bepaalde manier gedaan en dan ga je het ineens anders doen. En hoewel je lijf dat andere veel beter snapt en helpend vindt, moet het daar echt aan wennen. Dat heeft tijd nodig. Reken zeker maar een half jaar voor het een beetje normaal is voor zowel jou als jouw lijf.

Nadat de voeding een beetje op orde was, was de hoofdpijn weg, de spijsvertering normaal en de menstruatiepijn zeer fors afgenomen. Met name dat laatste had ik echt nooit zien aankomen. Dat voeding dat kon… daar was ik echt van onder de indruk.

Natuurlijke cosmetica en verzorgingsproducten

Na de voeding kwam als vanzelf de overstap naar natuurlijke cosmetica en verzorgingsproducten. Want elke maand die met chloor bewerkte tampons inbrengen leek me ineens een heel slecht idee. Ook het op mijn huid smeren van allerlei producten die de bedoeling hadden om mij mooier te maken (waarom eigenlijk?), terwijl ze gemaakt waren van dingen die ik niet eens kon uitspreken laat staan in mijn mond zou stoppen, was ineens over. Van de ene op de andere dag ben ik er gewoon mee gestopt. Wat een bevrijding dat was en wat denk je? Dat had toch een effect op de menstruatiepijn!! Die werd er zo beperkt van dat een kopje gemberthee genoeg was…. en dat terwijl ik altijd letterlijk stijf stond van de pijnstillers op die dagen.

Op een natuurlijke manier in het leven staan

Daarna werd het een soort sport: wat kan ik nog meer op een natuurlijke manier gaan doen? Zo besloot ik te stoppen met het dragen van schoenen. Ja, echt! Ik draag al jaren alleen barefoot schoenen die nauwelijks een zool hebben en geen voetbed. Mijn steunzolen konden bij het grofvuil en de pijn in mijn nek en rug waar ik dagelijks last van had verdween als sneeuw voor de zon.

Ik ben ook mijn schoonmaakmiddelen in huis onder de loep gaan nemen. Heb geëxperimenteerd met het zelf maken ervan en besloten dat daar voor mij een grens lag (althans voor nu). Ik kies nu voor biologisch afbreekbare producten die werken en daar voel ik me goed bij.

Voor kwaaltjes en klachten (ja, die kunnen nog steeds wel eens voorkomen ook al is dat veel minder) grijp ik tegenwoordig naar de natuur. Ik ga wandelen in het bos om te ontspannen en mijn weerstand te ondersteunen, ik neem kruidenthee of gebruik essentiële oliën om onder mijn voetzolen te smeren of in de kamer te verdampen. Ook gebruik ik voedingssupplementen die mij extra ondersteunen, zoals een goede multi en vitamine D. Meestal is dat voldoende en helpt het uitstekend. 

Leer te leven in lijn met je natuur

Het belangrijkste in dit alles is voor mij uiteindelijk geweest om mezelf de tijd, rust en ruimte te geven om het te leren en doen op mijn manier. Op een manier die bij mij het beste past en werkt. Om me te realiseren dat het een proces is, met vallen en opstaan. Met perioden waarin het goed gaat en met perioden dat het even minder gaat. En dat vind ik dan ook echt oké. Zolang mijn basis goed is (gezonde, biologische voeding, regelmatig wat bewegen, ontspanning en contact met mezelf en de natuur) herstelt de rest vaak vanzelf weer. 

Op een natuurlijke manier je gezondheid verbeteren?

Herken je je in dit blog? Heb jij ook al jaren allerlei gedoe in je lijf en wil je dat met een natuurlijke voeding en leefstijl aanpakken? Meld je dan aan voor een gratis online sessie, dan kijk ik even met je mee en krijg je alvast 2 tips waar je meteen mee aan de slag kunt.

Meer info en aanmelden kan hier: https://www.vanappeltotzeekraal.nl/gratis-sessie-met-minimaal-2-gouden-tips-speciaal-voor-jou/

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.

Drinken bij je eten: een goed of slecht idee?

Bij ons thuis werd vroeger altijd de vraag gesteld: wat wil je drinken bij je eten? Ik wist niet beter: als je wat eet, dan hoort daar wat te drinken bij. Heel gewoon dus. Ook als je uit eten gaat, krijg je steevast de vraag naar wat je wilt drinken bij de gerechten die je hebt uitgekozen. Als je het zo bekijkt, dan horen eten en drinken kennelijk bij elkaar. Toch is dat niet zo….

Toen ik mijn man leerde kennen en bij mijn schoonouders over de vloer kwam, viel me al meteen op dat ik niks te drinken kreeg bij de maaltijden. Heel raar vond ik dat. Mijn man vond het andersom weer raar dat er bij ons thuis kennelijk wat gedronken moest worden bij de maaltijd. Als ik mijn schoonmoeder vroeg om iets te drinken bij de maaltijd, dan werd ik heel vreemd aangekeken. “Hoezo, je gaat toch eten?” zei ze dan ook meer dan eens.

Pas sinds ik meer weet over hoe je spijsvertering werkt, begrijp ik haar opmerking en kan ik volmondig beamen dat het inderdaad een beetje raar is om te drinken bij je maaltijd. Drinken bij het eten hindert namelijk een goede werking van je maag.

De maag is belangrijk voor de spijsvertering

Als je eet, dan gaat je maag aan het werk. Hij gaat maagsap aanmaken. Dit maagsap is – als het goed is – ontzettend zuur. De pH waarde in je maag ligt tussen de 1 en 2. Dat is bewust zo en helpt het lichaam op verschillende vlakken. 

Zo zorgt maagzuur ervoor dat pathogenen die met de voeding mee naar binnen komen onschadelijk worden gemaakt. Pathogenen zijn bacteriën, virussen, schimmels en parasieten waar je ziek van kunt worden. Best handig dus als die onschadelijk worden gemaakt. Ook zorgt maagzuur ervoor dat de eiwitten die in je maaltijd zitten (vlees, vis, eieren, noten, zaden, pitten etc.) worden voorbereid op een verdere vertering in de dunne darm. Zonder deze voorbewerking gaat dat in de darm niet goed komen. Hetzelfde geldt voor de verwerking en opname van bepaalde vitamines (zoals vitamine B12) en mineralen. Ook die kun je niet opnemen in de dunne darm als de maag haar werk niet goed heeft gedaan.

Maagzuur is dus heel belangrijk. Ik schreef al eerder over het belang van voldoende maagzuur en waaraan je herkent dat je onvoldoende maagzuur produceert.

Drinken bij de maaltijd maakt je maag minder zuur

Als je bij de maaltijd gaat drinken, dan verdun je het maagsap dat de maag aanmaakt. Daarmee wordt dit maagsap minder zuur. Dat is een beetje hetzelfde als dat je een citroen uitperst om op te drinken. Citroensap is heel zuur van zichzelf. Als je nu de rest van je glas met citroensap aanvult met water, dan is het drankje dat zo ontstaat ineens fors minder zuur. Dat is helder toch? Nou, zo werkt het dus ook in je maag. En die verminderde zuurgraad in de maag zit dus aan je spijsvertering in de weg. Het maakt het veel moeilijker om je eiwitten, vitamine B12 en mineralen in de darm te kunnen opnemen. Je haalt dus minder voedingswaarde uit je voeding.

Mag je dan nooit iets drinken bij de maaltijden?

Natuurlijk betekent dit niet dat je nooit meer iets mag drinken bij je eten. Een klein glaasje wijn bij de maaltijd is gewoon heel gezellig af en toe en daar krijg je helemaal niks van. Ook is het soms nodig om een medicijn of voedingssupplement in te nemen bij de maaltijd en als je daar een klein glaasje water bij gebruikt, remt dat ook niet ineens de volledige werking van je maag. Je moet je alleen bewust zijn van het feit dat vocht bij de maaltijd (dat kan ook een flinke kom soep zijn!) de werking van je maag kan hinderen. Heb je dus last van maagzuurklachten of andere spijsverteringsklachten, dan is het slim om niet (of als het echt niet anders kan: zo min mogelijk) te drinken bij de maaltijd. Overigens is de maag niet de enige oorzaak van spijsverteringsklachten. Daarover kun je in deze blog meer lezen.

Wat is een goed moment om te drinken?

Voor veel van mijn klanten is de maaltijd een moment om even rustig te zitten en wat te eten en drinken. Als ze dan niet meer mogen drinken bij de maaltijd, dan gaan ze ineens minder drinken. Dat is niet altijd een goed idee. Je lichaam heeft voldoende vocht nodig en zeker als je gevoelig bent voor blaasontsteking dan is voldoende drinken heel belangrijk. 

Je kunt in dat geval beter een half uur voor de maaltijd drinken of minimaal een uur erna. Ook is het een goed idee om je dag te beginnen met het drinken van 2 bekers (kruiden)thee of lauw water (al dan niet met wat citroensap erin). In de nacht verlies je veel vocht en dat aanvullen bij het opstaan is een goed idee. En als de maaltijden de enige momenten zijn waarop je kennelijk wat rust neemt en je lichaam geeft wat het nodig heeft, dan moet je misschien juist tussen je maaltijden door een drinkmoment inlassen. Neem je meteen wat vaker een momentje voor jezelf om even te voelen hoe het met je gaat en wat je nodig hebt.

Drink jij bij je maaltijd? Wil je dat onder dit bericht eens laten weten??

Disclaimer: De inhoud van deze blogpost geeft mijn persoonlijke visie op een gezonde leefstijl weer en is uitdrukkelijk niet bedoeld als individueel advies aan jou als lezer noch als vervanging van begeleiding door een therapeut of arts. Het veranderen van je voedingspatroon of leefstijl vraagt namelijk om deskundige begeleiding, zeker als je gezondheidsklachten hebt of in verwachting bent. Neem bij gezondheidsklachten of zwangerschap daarom altijd contact op met je huisarts en/of vind een deskundig therapeut, arts of diëtist om je te begeleiden bij veranderingen in je eetpatroon. De lezer wordt ook gewezen op de van toepassing zijnde algemene disclaimer die hier te lezen is.